donderdag 3 mei 2012

Raadslid in Vorden tegen herdenking Duitse soldaten

 

Er was gisteren ook een reportage over op Omroep Gelderland, waarin zowel de burgemeester als Menno ten Brink van de Liberaal Joodse Gemeente hun visie gaven.

Opvallend vind ik zelf het argument van verzoening en samenwerking met Duitsland ('we zitten hier vlak bij de grens') dat de burgemeester steeds aanhaalt. Er is helemaal niets mis met verzoening en samenwerking met Duitsland, sterker nog, Nederland doet dit al vele jaren intensief. Zoals raadslid Anneke Hacuebard uit Vorden terecht stelt, zijn de oorlog en de herdenking geen twistpunt tussen beide landen. Duitsland heeft niet om de herdenking van de gevallen soldaten gevraagd en er zijn verder ook geen Duitsers bij de herdenking betrokken. Daar gaat het dan ook helemaal niet om.

Het herdenken van soldaten die in dienst stonden van het nazi-regime op vier mei geeft een verkeerd signaal af, namelijk dat zij evenzeer slachtoffer waren en het dus relatief is wie dader is en wie slachtoffer. Dit is voor hen die door het nazi regime zijn getekend een zeer pijnlijke en ongepaste boodschap. Het klopt overigens niet dat het allemaal jonge jongens waren zoals de burgemeester stelt, wat niet wegneemt dat zij er wellicht ook niet voor hadden gekozen dit te doen. 

 

Tot slot wordt er wel op gewezen dat we ook oud-Indië veteranen herdenken dus dan kunnen een paar Duitse soldaten er ook nog wel bij. Ten eerste is het een nationale herdenking en daarom horen Duitsers daar niet bij; ten tweede hebben de nazi's nog wel extremere dingen gedaan al waren sommige Indië gangers zeker geen lieverdjes. En ten derde heb ik bij het herdenken van alle Nederlandse soldaten ook zo mijn bedenkingen, juist omdat je daarmee de aandacht teveel van de oorlog afleidt en de zaak wel erg wordt opgerekt. In de oorlog was Nederland slachtoffer en werd bezet. Honderdduizend landgenoten werden gedeporteerd en in kampen omgebracht omdat zij Joods waren. In Indonesië waren we dader, agressor, en hadden we bovenal een keuze om de strijd al dan niet aan te gaan. Dat is misschien wel het meest wezenlijke onderscheid. 

 

RP

--------- 

 

·        Raadslid tegen herdenking Duitsers

http://www.omroepgelderland.nl/web/Nieuws-1/1517471/Raadslid-tegen-herdenking-Duitsers.htm 

 

VORDEN - D66-raadslid Anneke Hacquebard is tegen de herdenking van Duitse soldaten op 4 mei in Vorden. Dat schrijft ze in een open brief aan burgemeester Henk Aalderink.

Tijdens de Dodenherdenking in Vorden worden ook de tien Duitse soldaten herdacht die op het kerkhof in Vorden begraven liggen.

Hacquebard vindt dit een slechte ontwikkeling die de integriteit van de 4 mei herdenking ernstig aantast. Ze noemt het een smet op de naam en het aanzien van de gemeente. Het raadslid hoopt dat het herdenking van de Duitse soldaten alsnog wordt geschrapt.

Ook op de website van Binnenlands Bestuur kwamen veel reacties tegen de herdenking van de Duitse soldaten binnen.

De complete tekst van de brief van het raadslid:  

 

Geachte heer Aalderink, beste Henk,

Als raadslid op persoonlijke titel geef ik hieronder aan hoe ik denk over het voornemen om bij de herdenking op 4 mei in Vorden ook de graven van 10 Duitse soldaten te betrekken. 

 

Persoonlijk vind ik dat dit een heel slechte ontwikkeling die de integriteit van de 4 mei herdenking ernstig aantast. Het is heel erg dat dit in onze gemeente kan gebeuren. Het is een smet op de naam en het aanzien van de gemeente. Verontwaardiging is terug te vinden in reacties op internet en er is aandacht van landelijke pers. Voor Bronckhorst is dat niet iets om trots op te zijn. 

 

Bijna 70 jaar na de tweede wereldoorlog zijn de banden met Duitsland al geruime tijd hersteld en is WO II al lang geen barrière meer tussen beide landen. Je argument, gehoord op onder andere het NOS journaal, dat we samen verder moeten doet niet ter zake. Verbroedering en samen verder gaan heeft niets te maken met het geven van aandacht aan Duitse gevallenen bij een nationale 4 mei herdenking. Een herdenking van deze gevallenen behoort op een andere dag bij een andere gelegenheid plaats te vinden. Het geeft geen pas om dit te combineren met het gedenken van de Nederlandse gevallenen.

Velen voelen zich hierdoor diep gekwetst. 

 

Het 4 mei Comité Vorden hanteert het argument dat het nu wel kan omdat de verzetsstrijders bijna allemaal zijn overleden. Dit vind ik een cynische en volstrekt onacceptabele uitspraak die niet getuigt van respect voor de verzetsstrijders en de oorlogsslachtoffers in het algemeen. Deze uitspraak is een comité 4 mei niet waardig. Het getuigt van het ontbreken van moreel kader en van wat ik zou willen duiden als historisch onbegrip. Het is een zorgwekkende ontwikkeling, waarbij de grenzen tussen dader en onderdrukker te veel vervagen. Dat wil niet zeggen dat de tegenstelling tussen strijdende partijen uit de oorlog in het dagelijks leven gecultiveerd moeten worden. In tegendeel. De enige dag in het jaar dat het onderscheid van weleer wel telt en serieus genomen moet worden is op 4 mei. 

 

Het ondanks naar voren gebrachte bezwaren halsstarrig vasthouden aan de plannen getuigt helaas niet van respect voor de gevoelens en opvattingen van degenen die de integriteit van de 4 mei viering hoog in het vaandel hebben staan.

Als het Comité aangeeft dat dit allemaal is meegewogen, laat ze dan voortaan een andere weegschaal gebruiken. 

 

Persoonlijk vind ik dit deel van de herdenking in Vorden een ernstige aantasting van de 4 mei viering. De gemeente zou zich daarvan moeten distantiëren en niet voorop moeten lopen om dit deel van de herdenking maar vooral door te laten gaan. 

 

Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Ik hoop oprecht dat het herdenken van de Duitse soldaten alsnog uit het programma wordt geschrapt. 

 

Met vriendelijke groeten,

Anneke Hacquebard

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten